U bent hier

01/08/2013

Het binnenland van Suriname is op het vlak van onderwijs een achtergestelde regio. Daarom vraagt het onderwijs in het binnenland om bijzondere aandacht. Vanwege de geïsoleerde positie heeft dit onderwijs te kampen met enkele specifieke problemen, zoals: een tekort aan leerkrachten (die liever in het kustgebied werken), duur vervoer van leerkrachten van en naar de hoofdstad, gebrekkige infrastructuur, tekort aan leermiddelen en aangepaste curricula, onvoldoende begeleiding en inspectie en de taalproblematiek (de bevolkingsgroepen in het binnenland spreken vaak geen Nederlands, de taal van het onderwijs).

Het binnenland van Suriname
De Republiek Suriname ligt aan de noordkust van Zuid-Amerika. Ongeveer drie vijfde van de bevolking woont in de hoofdstad Paramaribo en omgeving, dicht bij de kust. Tegen de grens met Guyana ligt het district Nickerie. De gebieden rond Paramaribo tot aan Nickerie worden aangeduid als het kustgebied. De rest van Suriname wordt het binnenland genoemd, zelfs het oostelijke district Marowijne, dat aan de kust ligt. De bevolking in het binnenland woont veelal in kleine, geïsoleerde dorpen die her en der langs de rivieren liggen. De meeste dorpen zijn omgeven door het regenwoud. Veel dorpen zijn enkel bereikbaar per boot of vliegtuigje. Contact met de hoofdstad en het stadsleven is moeilijk. De mensen leven er tussen woud en water. Vis en kleine landbouw voorzien in het levensonderhoud. Er is veelal radio, maar vaak geen TV. Sinds kort is er mobiele telefonie met toegang tot het internet.

Opening eerste nucleuscentra met uiteenlopende doelen

In november 2008 opende het Surinaamse ministerie van Onderwijs en Volksontwikkeling (MINOV) twee nucleuscentra (in de districten Brokopondo en Marowijne). Doel is dat de nucleuscentra zullen functioneren als krachtige kennis- en vormingsintstituten op het gebied van formeel en non-formeel onderwijs ten behoeve van de gemeenschappen in de regio. Via deze nucleuscentra wil het MINOV een aantal van haar diensten, zoals Inspectie en Begeleiding, decentraliseren. Daarnaast wenst het ministerie de leerkrachten in het binnenland de mogelijkheid te bieden zich bij te scholen. De nucleuscentra zijn dan ook uitgerust met lokalen voor begeleiding en inspectie, een trainingszaal, een bibliotheek en een ICT-ruimte. Een bijkomend doel is de versterking van de lokale gemeenschappen. Daarom is er, naast een coördinator, begeleiders, bibliotheekmedewerkers en ICT-medewerkers, ook een maatschappelijk werker verbonden aan elk nucleuscentrum. De opening van deze eerste twee nucleuscentra is een piloot om deze aanpak te evalueren en vervolgens ook op andere plaatsen in het binnenland door te voeren.

Uitdagingen

VVOB zag vanin het begin het belang in van de versterking van de capaciteit van het personeel van de nucleuscentra, zodat deze centra daadwerkelijk hun doelstellingen kunnen halen. Enkele specifieke uitdagingen waarmee de nucleuscentra kampen zijn:

  • een gebrek aan medewerkers;
  • de aanwezige medewerkers hebben niet altijd de nodige opleiding genoten (de meeste medewerkers zijn leerkrachten);
  • infrastructuurproblemen (elektriciteitsvoorziening, oude computers);
  • werkingsmiddelen (m.b.t. onderhoud, transport, enz.);
  • uitgestrekte werkgebieden.

'Het binnenlandproject' van het MINOV, de Vlaamse Gemeenschap en VVOB

De Vlaamse Gemeenschap wou een project in het binnenland van Suriname ondersteunen. VVOB Suriname koos om te werken aan capaciteitsversterking van de nucleuscentra. Het projectteam stemde eerst af met het Bureau Onderwijs Binnenland (BOB) en met verschillende actoren die werken in het binnenland. Vervolgens zijn ter plaatse de noden in kaart gebracht. Het project 'Capaciteitsontwikkeling ten behoeve van beter onderwijs in het binnenland van Suriname' ofwel 'het binnenlandproject' werd goedgekeurd en ging van start in november 2010. Voor de trainingen zorgden lokale organisaties. VVOB werkte daarnaast aan de randvoorwaarden van de nucleuscentra door te lobbyen bij het BOB voor de aanpak van de infrastructuur en door het stimuleren van contacten tussen de nucleuscentra en afdelingen van het MINOV. Dit heeft de nucleuscentra binnengebracht als een echt onderdeel van het MINOV waardoor ze nu ook meegenomen worden in allerhande initiatieven, zoals bijvoorbeeld het traject zorgcoördinatie vanuit de afdeling Begeleiding.

Het binnenlandproject loopt af eind oktober 2013. Op basis van het VVOB-eindrapport van het project voor het BOB en het MINOV denken we dat een verdere uitbreiding van de nucleuscentra in het binnenland erg waarschijnlijk is.

Enkele partners over het project

Gelijke kansen voor de leerkrachten in het binnenland

Egbert Eersteling, Hoofd Bureau Onderwijs Binnenland bij het MINOV, en Patricia Daniel, beleidsmedewerker verbonden aan Bureau Onderwijs Binnenland en lijncoördinator voor het Binnenlandproject bij het MINOV

Hoe bent u betrokken bij het project?
"De nucleuscentra vallen administratief onder het Bureau Onderwijs Binnenland. Dit betekent dat wij mede verantwoordelijkheid dragen voor het werk dat de nucleuscentra ondernemen in de hen aangewezen gebieden. Het is wel de bedoeling dat de nucleuscentra als entiteit op een gedecentraliseerde manier gaan opereren binnen de respectieve werkgebieden.

Het Binnenlandproject van het MINOV, de Vlaamse Gemeenschap en VVOB heeft tot doel de capaciteitsversterking van het personeel van de nucleuscentra. Vanuit deze nucleuscentra willen we leerkrachten van het binnenland optrekken, professionaliseren, zodat er minder verschillen zijn tussen hen en de leerkrachten in Paramaribo. We willen hen gelijke kansen bieden, ondanks het feit dat ze ver van Paramaribo wonen en werken."

Hoe heeft u het Binnenlandproject tot nog toe ervaren?
"Qua werking hebben de nucleuscentra hun bestaansrecht reeds bewezen. Door de trainingen van de medewerkers is er een actieve wisselwerking met het MINOV, de leerkrachten en de gemeenschappen. De verbeterde interne communicatie valt ons ook erg op. Men werkt steeds professioneler.

Het is wel een feit dat het aanbod aan diensten nog ver achterloopt op de vraag. Bijvoorbeeld wat betreft het niet optimaal kunnen functioneren van de zeer belangrijke unit van de Begeleiding vanuit de nucleuscentra. Dit komt omdat we nog niet genoeg begeleiders kunnen werven."


Jenny Johns-Christopher, Algemeen directeur, curriculumontwikkelaar en trainer SOOS, Docent vakdidactiek IOL

Mw. Johns-Christopher heeft zo’n 14 jaar ervaring met het ontwikkelen en verzorgen van trainingen aan diverse groepen. Vanuit het Binnenlandproject van MINOV, de Vlaamse gemeenschap en VVOB is ze medeverantwoordelijk voor het trainen van het personeel van de nucleuscentra.

Mensen bijscholen zodat ze beter worden in hun vak

Wat zorgde ervoor dat je betrokken wilde zijn bij het Binnenlandproject?
"De inhoud van het project sprak me erg aan: capaciteitsversterking! Als docent en trainer ben ik altijd bezig de capaciteiten van anderen te versterken; mensen bijscholen zodat ze beter worden in hun vak."

Geen kant en klare training!
"Als trainer moet je inspelen op wat men al weet en waarmee men ervaring heeft. Daar moet je eerst achter komen. Als trainer houd je rekening met de plaats waar men woont (in dit geval het binnenland), de gedragsregels daar, hun opleidingsniveau en de taal waar ze zich het best in kunnen uitdrukken. De inhoud van de training is van tevoren bekend, ook de aanpak is vooraf bepaald, omdat wij de doelgroep al kennen. We spelen ook in op hun inbreng. Zij bepalen de inhoud van de training door bijvoorbeeld aan te geven waaraan zij willen werken, dus welke doelen zij vooropstellen. Dat vraagt om veel inlevingsvermogen en een respectvolle benadering. Trainingen moeten aansluiten op de realiteit. Uiteindelijk moet men het geleerde kunnen toepassen in de eigen praktijk."

Pluspunten en uitdagingen
"De samenwerking met VVOB liep prima. Er was voldoende en regelmatig overleg. Trainers hebben daaraan behoefte voor hun werk en ook voor het verloop van het programma.
De mensen in de nucleuscentra zijn hartelijke mensen, die zichzelf en hun leven blootleggen in de trainingen. We hebben hun vertrouwen kunnen winnen en zo inderdaad hun capaciteiten versterkt."

Personeel van Nucleuscentrum Brokopondo (NCB) over hun ervaringen tijdens de trainingen

"Naarmate je bezig bent met het werk, zie je waar je de methoden geleerd in de trainingen kan gebruiken. Praktische trainingen die aansluiten bij je dagelijks werk zijn erg nuttig.
Het is altijd spannend wanneer de trainers komen. De trainingen werden heel luchtig verzorgd. Dat paste bij ons. De trainers hadden sensoren om aan te voelen hoe ze de training moeten aanpassen aan de medewerkers. Het was een hele positieve ervaring.

Bij het gezamenlijk opstellen van een missie en een visie voor het nucleuscentrum werden de raakvlakken van onze taken duidelijk. Dit is daarom het onderdeel dat ons het meest is bijgebleven en dat ook het zwaarst was om uit te komen: het formuleren van een missie en een visie. Dit onderdeel heeft echt gemaakt dat we beter als team gingen samenwerken. Daarnaast hadden we ook veel aan de managementtraining.
Ik heb geleerd hoe je bij groepsgesprekken confrontatie en conflicten kan bijleggen. Dit heb ik absoluut kunnen gebruiken."

Van training naar duurzame verbetering
"De medewerkers leerden ook zelf procedures uitschrijven. Dit onderdeel leek de medewerkers in het begin over het hoofd te groeien.
Er zijn zoveel taken en handelingen, waardoor het leek alsof we er nooit uit zouden komen. Ook moeten ze in lijn zijn met de regels van het MINOV.
Er is uiteindelijk meer richting gegeven aan de wijze van aanpak van de werkzaamheden en de procedures stellen je in staat om beter te plannen. Ze maken het werk meer overzichtelijk."

Een versterkt Nucleuscentrum betekent voor mij...

"Samenwerking met leden van de gemeenschap om stagnaties uit de weg te ruimen om de top te kunnen bereiken."
Djircos Mando, Medewerker Bibliotheek NCB

"Een versterkt nucleuscentrum is voor de gemeenschap als een geplaveide weg naar betere ontwikkeling, kansen en mogelijkheden voor een verrijkte toekomst."
Mw. Hilaire, Maatschappelijkwerker, Begeleider en Zorgcoördinator NCB

"De nucleuscentra kunnen ouders helpen bij hun opvoedende taak; onze jeugd helpen vormen, ze normen en waarden bijbrengen."
Mw. Vorswijk, Secretaresse NCB

"Een versterkt nucleuscentrum betekent ontwikkeling voor de mensen, maar ook een beter Brokopondo, dus vooruitgang voor het hele district."
Vanessa Libretto, Administratieve medewerker NCB

"De bijdrage die het nucleuscentrum levert aan de gemeenschap, is als een waterbron die een droog gebied bevloeit en het steeds vruchtbaarder maakt, zodat er meer resultaten geoogst kunnen worden."
Fahrida Monsels, VVOB Suriname