U bent hier

VVOB’s programma ‘Learning and Teaching for Diversity’ (2017-2021) in Zuid-Afrika kende een bemoedigende start in Vrijstaat. Bijna 150 ambtenaren van het provinciaal Departement Onderwijs rondden samen een leertraject van een jaar over inclusief onderwijs af. Het cruciaal element voor het succes van dit intercollegiaal proces? Het neerhalen van barrières tussen verschillende diensten binnen het departement.

Beperkte ontwikkeling

Inclusief onderwijs werd lang geassocieerd met leerlingen die speciale zorg nodig hebben, een concept dat dus vooral in medische kringen voorkwam. Maar sinds de formulering van de Duurzame Ontwikkelingsdoelstellingen in 2015, treedt inclusie meer en meer naar de voorgrond als een essentieel ingrediënt voor kwaliteitsvol onderwijs in het algemeen.

 

Het Departement Onderwijs van Zuid-Afrika neemt dit ter harte. Het creëerde een nieuwe dienst ‘Inclusief Onderwijs’ dat de bestaande diensten Curriculum, Management & Governance en Teacher Development zou moeten versterken.

 

Maar met de oprichting van een nieuwe overheidsdienst is de kous natuurlijk niet af. Veel leerlingen worden nog beperkt in hun ontwikkeling door lespraktijken die geen rekening houden met de grote diversiteit aan leerniveaus in de klas.

Preventie is van belang

Met andere woorden: de goede bedoelingen van de Zuid-Afrikaanse beleidsmakers moeten hun weg nog vinden naar de klas. Daarom werkt VVOB Zuid-Afrika in de eerste plaats samen met medewerkers in het Departement Onderwijs die verantwoordelijk zijn voor de professionele ontwikkeling van leerkrachten en schoolleiders.

 

Bij de start van het leertraject in 2017 ondervroeg VVOB het personeel van de dienst Curriculum in Vrijstaat over hun werkrelatie met hun collega’s van Inclusief Onderwijs.

 

Wat bleek? Maar 8 procent van hen werkte actief samen met de dienst Inclusief Onderwijs. Uit de ondervraging kwam ook naar voor dat meer dan de helft van de Curriculum-specialisten dossiers pas overspeelde naar hun collega’s van Inclusief Onderwijs als ze te maken kreeg met extreme gevallen van leerlingen met leermoeilijkheden.

 

Dat roept volgende vraag op: wat met de 80 à 95 procent van leerlingen die niet doorverwezen worden, maar toch, vanuit preventief oogpunt, een groot voordeel kunnen slaan uit een inclusieve pedagogie?

 

But what about the 80 to 95 per cent of learners who are not referred, but could nevertheless benefit tremendously from an inclusive pedagogy from a prevention point of view?

Stroomlijnen en versterken

VVOB bracht 51 mensen van de dienst Inclusief Onderwijs en 90 van de dienst Curriculum van het Departement Onderwijs van Vrijstaat samen. Deze centrale actoren voor het onderwijs startten een leertraject dat draait rond effectief inclusief onderwijs.

 

Aan het eind van de rit wilden de organisatoren en deelnemers één belangrijk resultaat bekomen: dat het personeel uit de twee diensten de ondersteuning die zij aan scholen biedt, stroomlijnt en versterkt. De verhoogde waardering voor de nieuwe dienst Inclusief Onderwijs en haar medewerkers was mooi meegenomen.

 

VVOB Zuid-Afrika ontwikkelde daartoe een reflectie-instrument voor inclusieve pedagogie, dat het kader schepte voor discussies rond inclusief onderwijs. Het instrument is eigenlijk het profiel van een prototypische inclusieve onderwijzer, en kan als dusdanig gebruikt worden door ambtenaren om leerkrachten en schoolleiders te helpen die moeite hebben met inclusieve onderwijspraktijken.

Het reflectie-instrument is een basis om later op verder te werken. Het helpt om mijn ideeën te structureren en is een systemische manier om een probleem op te lossen
Mevr. Botha, specialist inclusief onderwijs (Departement Onderwijs Vrijstaat)

Leren op lange termijn

Door onderwijsspecialisten samen rond de tafel te brengen, leren ze met en van elkaar. Zo heeft een curriculumexpert misschien niet de pedagogische skills om kwetsbare leerlingen te bereiken, terwijl een inclusief onderwijsspecialist dan weer nood heeft aan meer vakdidactische kennis. Zet ze samen, en je krijgt een expertteam van onschatbare waarde dat eens zo veel scholen bereikt in een uitgestrekt land.

 

Een opmerking die we vaak hoorden was dat de samenwerking er inderdaad voor zorgde dat de impact van hun steun aan scholen vergrootte. Leerkrachten en schoolleiders gaven ook aan minder verward te zijn over de verschillende manieren van aanpak van de twee diensten. Voor sommigen klinkt dit logisch, maar in de Zuid-Afrikaanse context zijn hiërarchische en bureaucratische structuren nu eenmaal een grote drempel.

 

Ook de lange termijnaanpak van het leertraject bleek duurzamer dan een eenmalige workshop. De onderwijsspecialisten van het departement werkten gedurende een jaar samen op een specifiek dossier van een leerkracht, schoolleider of school die hulp nodig hadden om inclusiever te zijn.

Dit was een eye-opener. Normaal spreken curriculumadviseurs niet over inclusie, omdat het een andere dienst toebehoort. Nu weet ik beter. Inclusief onderwijs belangt ons allen aan
Mr. Mohapi, specialist curriculum (departement onderwijs vrijstaat)

Vooruitkijken

De weg naar inclusief onderwijs in Zuid-Afrika houdt hier natuurlijk niet op. In 2018 vervoegt het personeel van de dienst Management & Governance het leertraject. Deze medewerkers bieden steun aan schoolleiders, die op hun beurt verantwoordelijk zijn voor het creëren van inclusieve schoolomgevingen. Hun kennis van en steun voor inclusieve pedagogie is dus onontbeerlijk.

 

VVOB start het leertraject inclusief onderwijs ook op in Kwa-Zulu Natal, een andere provincie in Zuid-Afrika. De geleerde lessen in Vrijstaat worden daarin meegenomen, en hopelijk zijn de resultaten even positief.

 

Wordt vervolgd!